Bijbel open in 2023

Dag: 365

Lezen: Psalm 45

Thema: Een liefdeslied 

Tekst voor vandaag: Psalm 45:17-18 

 

HSV: [17] Uw zonen zullen de plaats van Uw vaderen innemen; U zult hen tot vorsten aanstellen over heel de aarde. [18] Ik zal Uw Naam in herinnering roepen bij alle generaties; daarom zullen de volken U loven, voor eeuwig en altijd.

 

NBV21: [17] Uw zonen volgen uw voorouders op, u laat hen heersen over heel het land. [18] Ik zal uw naam bezingen, geslacht na geslacht, alle volken zullen u prijzen, eeuwig en altijd.

 

BGT: [17] Koning, uw zonen zullen na u heersen, ze zullen koning zijn van het hele land. [18] Ik zal altijd over u zingen en alle volken zullen u prijzen, eeuwig en altijd!

       

Aantekening bij:

Psalm 45:17-18 O Koning. Uw zonen zullen de plaats van Uw vaderen innemen. Het lied keert terug naar de Koning/koning en spreekt van Zijn doorgaande geslachtslijn. Het huwelijk van de Davidische Koning/koning is geen privéaangelegenheid. Het is van wezenlijk belang voor de vervulling van Gods beloften, niet alleen voor Israël, maar voor alle volken.

 

De verwijs Bijbel verwijst bij vers 17 van Psalm 45 naar Openbaring 5: [9] En zij zongen een nieuw lied en zeiden: U bent het waard om de boekrol te nemen en zijn zegels te openen, want U bent geslacht en hebt ons voor God gekocht met Uw bloed, uit elke stam, taal, volk en natie.

[10] En U hebt ons voor onze God gemaakt tot koningen en priesters, en wij zullen als koningen regeren over de aarde.

 

Een heel goede jaar wisseling.

Bijbel open in 2023

Dag: 364

Lezen: Openbaring 22:12-21

Thema: Kom, Heer Jezus! 

Tekst voor vandaag: Openbaring 22:17 

 

HSV: [17] En de Geest en de bruid zeggen: Kom! En laat hij die het hoort, zeggen: Kom! ^[1]En laat hij die dorst heeft, komen; en laat hij die wil, het water des levens nemen, voor niets.

 

NBV21: [17] De Geest en de bruid zeggen: ‘Kom!’ Laat wie luistert zeggen: ‘Kom!’ Laat wie dorst heeft komen; laat wie dat wil vrij drinken van het water dat leven geeft.

 

BGT: [17] De heilige Geest en de bruid zeggen tegen Jezus: ‘Kom!’ Ook iedereen die dit hoort, moet roepen: ‘Kom!’ Iedereen die dorst heeft, mag komen. Iedereen die wil, mag zomaar komen drinken van het water dat eeuwig leven geeft.

       

Aantekening bij:

Openbaring 22:17 In vers 20 is ‘Kom’ een gebed gericht tot Jezus, Die belooft spoedig te komen. Hier is het kom! Een uitnodiging voor de geestelijke dorstigen, om het water des levens te nemen, voor niets, want door Gods genade wordt het gratis verstrekt (Openbaring 21:6; Jesaja 55:1).

 

 

Uitnodiging                           (Uit de vrouwen Bijbel)

 

Openbaring 22:17 Hoe zit het met jouw verlangen naar de wederkomst? Daarvoor hebben we de Heilige Geest nodig. De Geest Die ons leert bidden om de terugkomst van onze Heere Jezus. De Geest Die alle gelovigen tot de Bruid maakt, die intens verlangt naar haar Bruidegom en naar een geweldig trouwfeest. Kleurt dat feest jouw leven nu al? Vraag je anderen mee in de stoet van bruiloftsgasten?   

 

---

^[1] Jesaja 55: [1] O, alle dorstigen, kom tot de wateren, en u die geen geld hebt, kom, koop en eet, ja, kom, koop zonder geld, zonder prijs, wijn en melk.

   Johannes 7: [37] En op de laatste, de grote dag van het feest, stond Jezus daar en riep: Als iemand dorst heeft, laat hij tot Mij komen en drinken.

Bijbel open in 2023

Dag: 363

Lezen: Openbaring 22:1-11

Thema: Ik kom spoedig 

Tekst voor vandaag: Openbaring 22:7 

 

HSV: [7] En zie, Ik kom spoedig. Zalig is hij die de woorden van de profetie van dit boek in acht neemt.

 

NBV21: [7] ‘Ik kom spoedig!’ Gelukkig is wie zich houdt aan de profetie van dit boek.

 

BGT: [7] Want het duurt niet lang meer voordat ik kom.’Gelukkig zijn dus de mensen die doen wat er in dit boek staat!

       

Aantekening bij:

Openbaring 22:6-7 Deze woorden zijn betrouwbaar en waarachtig. De unieke waarheid en betrouwbaarheid van het geopenbaarde woord (en de geopenbaarde woorden) van God worden zevenmaal onderstreept in de laatste twee hoofdstukken van Openbaring, zoals eerst aangeduid in Openbaring 21:5, herhaald in 22:6, 7, 9, 10 en daarna in de ernstige waarschuwing in vers 18 en 19 aan iedereen die ‘afdoet van de woorden van her boek’. De centraliteit, het gezag, de toereikendheid en de eeuwigheid van het woord (en de woorden) van God zijn fundamenteel voor hele Schrift, vanaf de eerste woorden in Genesis tot de laatste woorden in Openbaring. Dit is te zien in bv. Genesis 1:3 (‘En God zei’); Exodus 20:1 (‘Toen sprak God al deze woorden’), Deuteronomium 6:6 (‘Deze woorden … moeten in uw hart zijn’); Deuteronomium 32:47 (‘En door dit woord zult u de dagen verlengen’); Psalm 12:7 (‘De woorden van de Heere zijn reine woorden’); Jesaja 40:8 (‘het Woord van onze God bestaat voor eeuwig’); Mattheüs 4:4 (‘De mens zal niet van brood alleen leven, maar van elk woord’); Mattheüs 24:35 (‘De hemel en aarde zullen voorbijgaan, maar Mijn woorden zullen zeker niet voorbijgaan’); Lukas 24:44 (‘Dit zijn woorden die Ik tot u sprak’); Johannes 1:1 (‘In het begin was het Woord’); Johannes 6:68 (‘U hebt woorden van eeuwig leven’);  en 1 Petrus 1:25 (‘het Woord van de Heere blijft tot in eeuwigheid’). Zalig is hij die de woorden van … dit boek in acht neemt. Een tijdloze belofte voor gelovigen van iedere eeuw. ‘Zalig’ in Openbaring 22:7 herhaald het eerste ‘zalig’(zie Openbaring 1:3 en aantekening) en is de zesde van zeven zegeningen in heel het boek Openbaring.

 

Openbaring 1: [3] Zalig is hij die leest en zijn zij die horen de woorden van de profetie, en die in acht nemen wat daarin geschreven staat, want de tijd is nabij.

Aantekening bij vers 3 > Zalig. De eerste van de zeven zegeningen is: ‘zalig … zijn zij die horen’ en Gods woord in acht nemen. Latere zegeningen (14:13; 16:15; 19:9; 20:6; 22:7, 14) loven reinheid en volharding, zelf tot in de dood. In de Vroege Kerk was het gebruikelijk dat één persoon las, terwijl anderen luisterden. De boodschap van Openbaring en haar zegeningen kunnen zelfs ontvangen worden als men ze hoort voorlezen, maar alleen als dat horen ook gepaard gaat met gehoorzaamheid. de tijd is nabij.*

 

 

Bijbel open in 2023

Dag: 362

Lezen: Openbaring 21:9-27

Thema: Het nieuwe Jeruzalem 

Tekst voor vandaag: Openbaring 21:10 

 

HSV: [10] En hij voerde mij weg ^[1]in de geest op een grote en hoge berg en liet mij de ^[2]grote stad zien, het heilige Jeruzalem, dat neerdaalde uit de hemel, bij God vandaan.

 

NBV21: [10] Ik raakte in vervoering, en hij nam mij mee naar een heel hoge berg en liet me de heilige stad Jeruzalem zien, die uit de hemel neerdaalde, bij God vandaan.

 

BGT [10] In een droom bracht de engel mij naar de top van een heel hoge berg. Daar liet hij mij de heilige stad Jeruzalem zien. De stad kwam vanuit de hemel naar beneden. Ze kwam bij God vandaan,:

       

Aantekening bij:

Openbaring 21:10 een grote en hoge berg. Na de verwoesting van Gog en Magog (Ezechiël 38-39) werd Ezechiël overgebracht naar ‘een zeer hoge berg’ (Ezechiël 40:2-3) om de toekomstige tempel van God te bezien. Hoewel gelovigen op aarde blootstaan aan leijden (Op4nbaring 11:2), is hun echte leven in het heilige Jeruzalem in de hemel gewaarborgd, van waaruit het plotseling geopenbaard zal worden (Kolossenzen 3:3-4).    

 

---

^[1] Openbaring1: [10] Ik was in de geest op de dag des Heeren en ik hoorde achter mij een luide stem, als van een bazuin,

^[2] Openbaring 21: [2] En ik, Johannes, zag de heilige stad, het nieuwe Jeruzalem, neerdalen van God uit de hemel, gereedgemaakt als een bruid die voor haar man sierlijk gemaakt is.

   Hebreeën 12: [22] Maar u bent genaderd tot de berg Sion en tot de stad van de levende God, tot het hemelse Jeruzalem en tot tienduizendtallen van engelen,

Bijbel open in 2023

Dag: 361

Lezen: Openbaring 21:1-8

Thema: God zal bij ons zijn 

Tekst voor vandaag: Openbaring 21:3 

 

HSV: [3] En ik hoorde een luide stem uit de hemel zeggen: ^[1]Zie, de tent van God is bij de mensen en Hij zal bij hen wonen, en zij zullen Zijn volk zijn, en God Zelf zal bij hen zijn en hun God zijn.

 

NBV21: [3] Ik hoorde een luide stem vanaf de troon, die uitriep: ‘Gods woonplaats is onder de mensen, Hij zal bij hen wonen. Zij zullen zijn volken zijn en God zelf zal als hun God bij hen zijn.

 

 

BGT: [3] Uit de richting van de troon hoorde ik een luide stem, die zei: ‘Nu is God zelf op aarde. Vanaf nu zal hij bij de mensen wonen. De mensen zullen zijn volk zijn, en hij zal hun God zijn.

 

       

Aantekening bij:

Openbaring 21:3 Hij zal bij hen wonen. De grootste hemelse zegen zal onbelemmerde gemeenschap met God Zelf zijn. Het doel van Gods verbond, ‘God met ons’ (Jesaja 7:14 en aantekening; Mattheüs 1:23), voorafgeschaduwd in de oudtestamentische tabernakel en tempel, zal bereikt worden. Zijn volk … hun God. Zie Leviticus 26:11-12; Ezechiël 37:27.

 

 

Jesaja 7:14 [14] Daarom zal de Heere Zelf u een teken geven: Zie, de maagd zal zwanger worden. Zij zal een Zoon baren en Hem de naam Immanuel geven.

 

Aantekening bij Jesaja 7:14 de Heere Zelf. Omdat de aardse koning niet op het aanbod (vers 12) ingaat, neemt de hemelse Koning weer het initiatief (vgl. vers 17). Net als Achaz zal ook zijn zoon en opvolger Hizkia twee tekenen krijgen (zie Jesaja 37:30; 38:7).

Er wordt wel gezegd dat het Hebreeuwse woord ‘alma, dat vertaald is als maagd, gewoonlijk ‘jonge vrouw’ betekent, maar in feite betekent het specifiek ‘meisje’: een ongetrouwde en seksueel reine jonge vrouw, die als zodanig maagdelijkheid als kenmerk heeft (zie Genesis 24:16, 43; Exodus 2:8). Dus de vertalers van de LXX, die in deze tekst 200 jaar voor de geboorte van Jezus ‘alma met parthenos (een specifieke uitdrukking voor ‘maagd’) hebben vertaald, hebben de bedoeling van het Hebreeuwse woord goed opgevat. Als Mattheüs deze profetie dan ook op de maagdelijke geboorte van Jezus betrekt (zie Mattheüs 1:23), is dit in overeenstemming met het correcte begrip van parthenos in de LXX en bij andere Griekse schrijvers.

Jesaja profeteert verder dat ‘de maagd’ degene is die Hem de naam Immanuel zal geven. In het Oude Testament is het vaak de moeder die haar kind een naam geeft (bv. de namen van de aartsvaders in Genesis 29:31-30:24; zie echter Genesis 35:18; ook Richteren 13:24; 1 Samuël 1:20), al kunnen ook andere vrouwen (vgl. Ruth 4:17 of zelfs de vader (Genesis 16:15; Richteren 8:31) daarbij een rol spelen. De betekenis van de naam Immanuel (‘God met ons’) is de boodschap van het teken. Die is zo belangrijk, dat Mattheüs de naam voor zijn lezers vertaalt (Mattheüs 1:23). Immanuel wordt in Jesaja 8:8 zelf aangesproken (‘uw land innemen, Immanuel!’); in 8:10 is de naam een volzin (‘Want God is met ons.). Dat God ‘met’ iemand of ‘met’ een volk is, wil zeggen dat Hij hen leidt en helpt om hun roeping te volvoeren (Genesis 21:22; Exodus 3:12; Deuteronomium 2:7; Jozua 1:5; Psalm 46:8, 12; Jesaja 41:10). Dit was dus een duidelijke boodschap voor de angstige Achaz of voor het falende huis van David. Christelijke exegese volgt Mattheüs in het toepassen van dit vers op de geboorte van Jezus. Nu heeft het teken volgens Jesaja’s profetie ook betekenis voor Jesaja’s eigen tijd. Daarom rijzen in dit verband enkele vragen: Tot wiens gezin behoorde die maagd, en was zij nu getrouwd of niet? Wat is de precieze betekenis van de naam van het Kind? Heeft het Kind echt Immanuel geheten, of is dit eigenlijk een titel? En de hoofdvraag is wel: is de profetie van het teken vervuld in Jesaja’s tijd, of heeft die (ook toen al) uitsluitend betrekking gehad op een volledige vervulling in de toekomst? Deze vraag is door christenen beantwoord op één van de volgende manieren.

Sommigen geloven dat het teken maar één vervulling kent: d.w.z. het teken wijst uitsluitend en alleen op de geboorte van Jezus als de Messias. Zij accentueren het begrip ‘maagd’ als de enige betekenis van ‘alma, waarmee een vervulling van de profetie vóór de geboorte van Jezus wordt uitgesloten. Zij zien in ’Immanuel’ hier en in 8:8 eerder een titel dan een eigennaam. In deze visie toont het onderscheid tussen ‘Zoon’ (Hebreeuws ben,7:14) en ‘jongen’ (Hebreeuws na’ar, 7:16) aan dat er verschil is tussen enerzijds het Kind van de wonderbare geboorte en anderzijds een jongen die niet in verband staat met Gods belofte. Deze visie heeft als gevolg dat een verwijzing naar Jesaja’s tijd (vers 16-17) losstaat van de vervulling van de belofte van de wonderbaarlijk geboren Zoon in de toekomst (vers 14). Volgens deze interpretatie heeft de voorzegging van de maagdelijke geboorte in ver 14 dan ook uitsluitend betrekking op een feit in de toekomst, en vormt Mattheüs’ toepassing van deze profetie op Jezus (Mattheüs 1:20-23) het geïnspireerde Goddelijk getuigenis dat dit feit de unieke vervulling van Jesaja’s profetie is. Bij deze interpretatie is het teken gegeven aan ‘het huis van David’, waarmee God Zijn belofte bevestigt om Davids koningshuis in stand te houden (overeenkomstig de beloften in 2 Samuël 7:12-16) teneinde Israëls opdracht tot zij glorierijke vervulling te leiden (Jesaja 9:5-6; 11:1-10). Om dit te volvoeren zou God alle middelen gebruiken, zelfs een wonder. En deze belofte vormt dan Gods afwijzende reactie op Achaz’ ongelovig hopen op aardse hulp.

Exegeten volgens wie dit teken meer direct voor Achaz en zijn tijd is bedoeld, zeggen gewoonlijk dat Jesaja’s profetie een dubbele vervulling heeft gekregen: eenmaal onmiddellijk in Jesaja’s tijd en eenmaal op langere termijn bij de geboorte van de Messias. Volgens hen ligt het voor de hand dat de naam ‘Immanuel’ een dubbele betekenis heeft, omdat in hetzelfde verband twee andere ‘zonen’ ook een symbolische rol vervullen (vgl. Jesaja 7:3; 8:3-4). Zij voeren ook aan dat Jesaja zelf het teken van 7:16-71 rechtstreeks op Achaz eigen tijd betrekt. Deze opvatting van de tekst doet geen afbreuk aan Mattheüs’ bevestiging van de bovennatuurlijke ontvangenis en maagdelijke geboorte van Jezus (vgl. ook Lukas 1:34-35). Maar ook als de profetie een onmiddellijke vervulling in de tijd van Achaz inhoudt, kan die niet volledig zijn vervuld door de geboorte van iemand zoals Maher Sjalal Chasj Baz (Jesaja 8:1, 3) of, zoals wel wordt gedacht, door de geboorte van Hizkia, aangezien 9:5 de geboorte voorzegt van een Zoon met de Naam ‘Wonderbaarlijk, Raadsman, Sterke God, Eeuwige Vader, Vredevorst’. En zo’n Naam past alleen maar bij de Messias uit het huis van David. Dus volgens deze interpretatie voorzegt de profetie van Jesaja 7:14 de geboorte van Immanuel, enis die ten ten dele vervuld in Jesaja’s tijd, maar geheel en definitief in Jezus Christus.

Gelovige exegeten zijn aan beide zijden van de tafel te vinden. Daarom moet men niet de waarheden vergeten die allen onderschrijven: de profeet spreekt namens God met gezag, Achaz en zijn huis liggen onder het oordeel; het profetische teken raakt onmiddellijk het falen in de tijd van Achaz; de vervulling van de profetie vindt plaats door rechtstreeks Goddelijk ingrijpen in de menselijke geschiedenis: en het teken wordt uiteindelijk vervuld in de maagdelijke geboorte van de Messias Jezus. Die letterlijk ‘God met ons ‘is.

 

 

Tegenstellingen            (Uit de mannen Bijbel)

 

Openbaring 21:1-8 Voorafgaand aan het visioen van het nieuwe Jeruzalem (Openbaring 21:9-27), worden we geconfronteerd met een heftige tegenstelling. Voor Jezus’ volgelingen is er het vooruitzicht van de nieuwe hemel en de nieuwe aarde, waar geen rouw of moeite meer zal zijn. Die ‘eerste dingen’ zijn dan voorbij (vers 4). Maar er is ook een dreigend vooruitzicht. Voor hen die de genade en liefde van Jezus weigeren, bestaat de eeuwigheid uit de poel die brandt van vuur en zwavel (vers 8). Huiveringwekkend!

De opsomming in vers 8 is duidelijk: ‘de lafhartigen, ongelovigen, verfoeilijken, moordenaars, ontuchtplegers tovenaars afgodendienaars en alle leugenaars’. Wie zo wil leven, zal hét Leven niet vinden. Voor hen is geen plaats in Gods nieuwe wereld. Eenmaal zal God recht doen. Het kwaad en de kwaden woeden weggedaan bij Zijn eindoordeel. Dat ie een hele rust voor allen die daar nu nog onder gebukt gaan. Maar het is in dit bijbelgedeelte vooral een waarschuwing: blijf zo niet leven. Bekeer je en zoek je heil bij Jezus Christus, Die het oordeel gedragen heeft. Hij geeft het ‘water des levens’ voor niets te drinken (vers 6). Wie van deze uitnodiging gebruik maakt, zal een overwinnaar zijn en voor altijd wonen in het nieuwe Jeruzalem.

 

God komt bij de mensen wonen     (Uit de vrouwen Bijbel)

 

Openbaring 21:1-5 Wat een vooruitzicht! God komt bij ons wonen! God en mens (m/v) zullen dan in een heel diepe, intieme verbondenheid met elkaar leven. Nu is ons leven nog geschonden en door zonde verziekt. Maar aan alle zonde, pijn en onrust in je leven zal een einde komen. God zal je troosten zoals een moeder haar kind troost.    

---

^[1] Ezechiël 43: [7] en Hij zei tegen mij: Mensenkind, dit is de plaats van Mijn troon en de plaats van Mijn voetzolen, waar Ik voor eeuwig wonen zal onder de Israëlieten. Zij die van het huis van Israël zijn, zullen Mijn heilige Naam niet meer verontreinigen, zij en hun koningen, met hun hoererij en met de dode lichamen van hun koningen op hun offerhoogten.

Bijbel open in 2023

Dag: 360

Lezen: Psalm 96

Thema: Zing voor de Heer 

Tekst voor vandaag: Psalm 96:2 

 

HSV: [2] Zing voor de HEERE, loof Zijn Naam, breng de boodschap van Zijn heil van dag tot dag.

 

NBV21: [2] Zing voor de HEER, prijs zijn naam, verkondig van dag tot dag dat Hij ons redt.

 

BGT: [2-3] Zing voor de Heer en dank hem. Vertel aan alle volken, elke dag: ‘De Heer bevrijdt ons Hij is machtig, hij doet wonderen.’

       

Aantekening bij:

Psalm 96:1-6 Zing voor de Heere, heel de aarde, want Hij is groot. De psalm begint met de bewoners van heel de aarde op te roepen te zingen voor de Heere. De activiteiten (zing voor de Heere, loof Zijn Naam, vertel … van Zijn wonderen; vgl. te prijzen en ontzagwekkend) beschrijven allemaal het voorrecht van Israëls eredienst in Gods heiligdom. De heidenvolken worden uitgenodigd hierin mee te doen (zie ook vers 8-9).

Bijbel open in 2023

Dag: 359

Lezen: 2 Samuël 7:17-29

Thema: Een eeuwig koningshuis 

Tekst voor vandaag: 2 Samuël 7:28-29 

 

HSV: [28] Nu dan, Heere HEERE, U bent die God en Uw woorden zijn waarheid, en U hebt dit goede tot Uw dienaar gesproken.

[29] Moge het U dan nu behagen het huis van Uw dienaar te zegenen, dat het voor eeuwig voor Uw aangezicht zal zijn; want U, Heere HEERE, hebt het gesproken, en met Uw zegen zal het huis van Uw dienaar voor eeuwig gezegend worden.

 

NBV21: [28] U, HEER, mijn God, hebt me zo’n grootse toekomst beloofd. U alleen bent God, uw woorden zullen zeker in vervulling gaan. [29] Zegen dus mijn koningshuis opdat het altijd standhoudt. Dat hebt U, HEER, mijn God, immers beloofd. Moge het koningshuis van uw dienaar voor altijd door U gezegend zijn.’

 

BGT: [28] Heer, mijn God, u alleen bent God. Dus wat u gezegd hebt, zal zeker gebeuren. [29] Ik vraag u om mij en mijn familie altijd te steunen, zodat er altijd iemand uit onze familie koning zal zijn. Dat hebt u toch beloofd, Heer, mijn God?’

       

Aantekening bij:

2 Samuël 7:18-29 David roept God in dit ontroerende gebed zesmaal aan met Heere Heere, en drukt daarmee zijn vertrouwelijke omgang met God uit. dit overeenkomstig de wet van de mensen (vers 19) kan bedoeld zijn als vraag: ‘Is dit nu Uw wet voor de mensen?’ met als strekking: ‘Zo handelt U gewoonlijk niet met mensen, dit is uniek!’ er is niemand zoals U, en er is geen God dan U alleen (vers 22) is een duidelijke belijdenis dat er maar één God bestaat (vgl. 1 Samuël 2:2). En dan volgt: wie is als Uw volk, als Israël? Israël is onvergelijkelijk, dus uniek: Gods volk, dat Hij uit Egypte heeft verlost en voor eeuwig voor zichzelf heeft bestemd.

 

 

Beloofd is beloofd                          (Uit de vrouwen Bijbel)

 

2 Samuël 7: 12-16, 25-29 Wat een heerlijke belofte ontvangt David, wat een prachtige toekomst voor zijn nageslacht. Het brengt David op zijn knieën. ‘Laat het gebeuren zoals U het gezegd hebt,’ zo bidt hij. In de vervulling van deze belofte aan David schittert Gods trouw. Later zond God Zijn Zoon, de eeuwige koning op de troon, en werden Zijn beloften werkelijkheid. Uit die werkelijkheid ontvangen wij het leven.

 

 

Bijbel open in 2023

Dag: 358

Lezen: 2 Samuël 7:1-16

Thema: Een huis voor God 

Tekst voor vandaag: 2 Samuël 7:7 

 

HSV: [7] Heb Ik ooit, overal waar Ik met al de Israëlieten rondtrok, een woord gesproken tot een van de stammen van Israël, die Ik bevolen had Mijn volk Israël te weiden: Waarom bouwt u voor Mij geen huis van cederhout?

 

NBV21: [7] Alle stamgebieden van Israël heb Ik doorkruist, en heb Ik ooit aan een van de herders van Israël, die Ik had aangesteld om mijn volk te weiden, gevraagd om voor Mij een huis van cederhout te bouwen?”

 

BGT: [7] Alle stamgebieden van Israël heb Ik doorkruist, en heb Ik ooit aan een van de herders van Israël, die Ik had aangesteld om mijn volk te weiden, gevraagd om voor Mij een huis van cederhout te bouwen?”

       

Aantekening bij:

2 Samuël 7:6-7 Ik heb immers niet in een huis gewoond. Gods voorschriften in Exodus over de ark wijzen er niet op dat deze in een gebouw geplaatst moet worden. De ark had draagbomen (Exodus 25:10-16). Het heiligdom in Silo had een deur en werd ‘tempel’ en ‘huis’ genoemd (1 Samuël 1:9; 3:3, 15; zie aantekening bij 1 Samuël 1:7, 9), maar ook een tent kon ‘huis’ heten, engezien de uitdrukkink ‘de ingang van de tent van ontmoeting’ (1 Samuël 2:22) kan in Silo om de tent een soort bouwwerk hebben gestaan. De ark os ook in het huis van Abinadab geweest (2 Samuël 6:3), maar dat zag men als een tijdelijke oplossing.

 

Aantekening bij 1 Samuël 1:7, 9 het huis van de Heere … de tempel van de Heere. Wat het een ‘tent’ of een bouwwerk met vaste muren? Het woord voor ‘huis’ betekent ‘woning’ zonder materiaalaanduiding. In 2 Samuël 7:2 zegt David dat ‘de ark van God te midden van tentdoek verblijft,’ en in vers 6 zegt de Heere: ‘Ik heb immers niet in een huis gewoond … tot deze dag toe’ In 2 Samuël 7 speelt de tegenstelling tussen een ‘tent’ van doek en een ‘huis’ van cederhout. In 1 Samuël 2:22 gaat het om ‘de tent van ontmoeting’, terwijl ‘een deurpost van de tempel’ (1 Samuël 1:9) en ‘deed hij de deuren van het huis van de Heere open’ (1 Samuël 3:15) meer doen denken aan een gebouw. Misschien was het een steviger bouwwerk om een constructie van tentdoek heen. Het woord ‘tempel’ (Hebreeuws hechal) stamt van het Sumerische woord egal ‘groot huis’. Op plaatsen in bronnen uit Mari en Ugarit duidt het woord op omvangrijke en complexe tentstructuren.

Bijbel open in 2023

Dag: 357

Lezen: 2 Samuël 6:12-23

Thema: Dansen voor de Heer 

Tekst voor vandaag: 2 Samuël 6:14 

 

HSV: [14] David huppelde uit alle macht voor het aangezicht van de HEERE; en David was gekleed in een linnen priesterhemd.

 

NBV21: [14] Vol overgave danste hij voor de HEER, slechts gekleed in een linnen priesterhemd.

 

BGT: [14] en daarna begon hij wild te dansen bij de heilige kist van de Heer. Tijdens het dansen had David alleen een priesterhemd aan, verder niets.

       

Aantekening bij:

2 Samuël 6:14 David huppelde. Het Hebreeuwse woord in vers 14 en vers 16 komt verder niet in de Bijbel voor en lijkt een ‘draaidans’ te betekenen. Dansen is een uiting van Blijdschap (vgl. Exodus 15:20-21; Psalm 30:12) en kan deel uitmaken van jubelen tot Gods eer (vgl. Psalm 149:3; 150:4).

Bijbel open in 2023

Dag: 356

Lezen: 2 Samuël 6:1-11

Thema: Bang voor de Heer 

Tekst voor vandaag: 2 Samuël 6:9 

 

HSV: [9] David was op die dag bevreesd voor de HEERE en zei: Hoe moet de ark van de HEERE bij mij komen?

 

NBV21: [9] Toen werd David bang voor de HEER en hij vroeg zich af: Hoe kan de ark van de HEER ooit bij mij in Jeruzalem komen?

 

BGT: [9-10] Maar David werd ook bang voor de Heer. Want hij wist niet hoe hij de heilige kist veilig in het oude deel van Jeruzalem kon krijgen. Daarom bracht hij de kist niet naar Jeruzalem, maar naar het huis van Obed-Edom, een man uit de stad Gat.

       

Aantekening bij:

2 Samuël 6:6-11 God strafte hem daar. De dood van Uzza doet denken aan de epidemie in Beth-Semes (1 Samuël 6:19). De ark aanraken was rechtstreeks schending van Gods wet (Numeri4:15). Het was Uzza’s bedoeling ontheiliging van de ark te voorkomen, maar de straf op zijn overtreding heeft dezelfde oorzaak als de vorige keer: de ark in niet vervoerd zoals het moet (zie aantekening bij 2 Samuël 6:3-4). bevreesd voor de Heere. Dit voorval wekt bij David op dramatische wijze besef dat God heilig is en dat men Hem uitsluitend kan benaderen volgens Zijn voorschriften. David vreest er zelfs voor om de ark naar Jeruzalem te halen.

 

Aantekening bij 2 Samuël 6:3-4 Zij vervoerden de ark van God op een nieuwe wagen. Hiermee is waarschijnlijk bedoeld een ritueel reine wagen, zoals ook de fylistijnen hadden gebruikt (1 Samuël 6:7). Dat was echter niet zoals God het had bevolen. De ark moest door Levieten aan draagbomen door de ringen aan de zijkanten worden gedragen (zie Exodus 25:14-15; Numeri 4:15; 7:9; Deuteronomium 10:8; 31:9; vgl. Jozua 3:15). Uzza en Ahio waren waarschijnlijk broers van Eleazar (vgl. 1 Samuël 7:1), al is het mogelijk dat het zijn zonen waren. Fontisch gezien kan ‘Uzza’ namelijk een variatie zijn van ‘Eleazar’, zoals ‘Uzziël’ in 1 Kronieken 25:4 van ‘Azareël’ in 1 Kronieken 25:18, en ‘Uzzia’ (2 koningen 15:32-34; 2 Kronieken 26:1) van ‘Azaria’ (2 Koningen 15:1-7).

 

 

Open huis                    (Uit de vrouwen Bijbel)

 

2 Samuël 6:10-12 Staat jouw huis open? Obed-Edom was zo dapper om de ark van de Heere zijn huis binnen te laten. Dat was niet niks, nadat God Zijn heiligheid getoond had en onaanraakbaar bleek. Obed-Edoms huis wordt gezegend. Een open huis is een zegen voor je omgeving en een zegen voor jezelf. Volgens een zegswijze van de Vroege Kerk kun je in iedere gast aan de deur Christus ontmoeten.