Dagelijks Woord

Dagelijks Woord

Maandag 31 december 2018 – Galaten 2:19-20

Want ik ben door de wet voor de wet gestorven, opdat ik voor God zou leven. Ik ben met Christus gekruisigd; en niet meer ik leef, maar Christus leeft in mij; en voor zover ik nu in het vlees leef, leef ik door het geloof in de Zoon van God, Die mij heeft liefgehad en Zichzelf voor mij heeft overgegeven.

(BGT) Bovendien heeft de wet niets meer over ons te zeggen. Want Christus is voor ons gestorven aan het kruis. En met hem is ons oude ik gestorven. We zijn nieuwe mensen geworden. Christus, de Zoon van God, houdt van ons en leeft in ons. Nu wordt ons leven niet meer beheerst door de wet, maar door God!

Aantekening

Galaten 2 : 19  >  door de wet.Paulus heeft het hier niet over een bewuste ervaring van onvrede met de wet. Zonder daarvan voorkennis te hebben was hij deel van Gods plan waarin de wet de doodstraf uitsprak over Paulus’ oude manier van leven. Paulus is voor de wet gestorvenwaarmee hij bedoelt dat hij niet langer rechtvaardiging zoekt door de wet te gehoorzamen. De wet heeft dus geen vat meer op hem. Paulus stierf voor de wet, zegt hij, opdat ik voor God zou leven.Hij draagt niet langer de onmogelijke last van zijn vroegere pogingen om door eigen verdienste door God aanvaard te worden. Hij heeft Gods goedkeuring verkregen door rechtvaardiging in Christus. In deze nieuwe verhouding met God heeft hij een geweldige nieuwe vrijheid gevonden om een leven te leiden dat toegewijd is aan God. Paulus probeert dus altijd te leven op een manier die God behaagt, zonder voor zijn rechtvaardiging op zijn eigen daden te vertrouwen.

Galaten 2 : 20  >  Ik ben met Christus gekruisigd.De oude Paulus, de persoon die hij was voordat hij op Christus vertrouwde, de persoon met al zijn zondige streven en trotse zichzelf verheerlijkende verlangens, kwam tot een definitief einde – hij ‘stierf’. niet meer ik leef.Dit betekent dat Paulus geen eigen persoonlijkheid meer heeft (alles wat hij schreef laat duidelijk zien dat hij die wel had), maar dat zijn eigen interesses en verlangens zijn leven niet meer bepalen. Christus leeft in mij.Hij leidt Paulus in alles wat hij doet, en geeft hem kracht. Hoe heeft hij, als ‘gekruisigd mens’, nog de kracht om verder te leven? voor zover ik nu in het vlees leef, leef ik door het geloof in de Zoon van God.Paulus lijkt hier te zeggen dat hij stap voor stap vertrouwt, en dat Christus daardoor in hem en door hem werkt om alles wat hij doet geestelijk effectief te maken. Die mij heeft liefgehad en Zichzelf voor mij heeft overgegeven.Aan het kruis droeg Jezus de zonde van elke afzonderlijke gelovige (‘voor mij’). Dit laat zien dat de kruisiging niet een onpersoonlijk gebeuren was, maar een persoonlijke uiting van de liefde van Christus voor mensen als individuele schepselen.

Dagelijks Woord

Dagelijks Woord

Zondag 30 december 2018 – Romeinen 13:11-12

En dit te meer, [1]omdat wij het beslissende tijdstip kennen, namelijk dat de tijd reeds is aangebroken dat wij uit de slaap ontwaken. Want nu is de zaligheid dichter bij ons dan toen wij tot geloof kwamen. [2]De nacht is ver gevorderd en de dag is nabij gekomen. [3]Laten wij dus de werken van de duisternis afleggen en de wapens van het licht aandoen.

(BGT) Jullie weten dat het moment van onze redding dichtbij is. De dag waarop dat zal gebeuren, is nu nog dichterbij dan toen wij gingen geloven.Het is tijd dat jullie wakker worden. De nacht is bijna voorbij, de dag gaat beginnen. We moeten alles wat slecht is, achter ons laten. Want dat hoort bij de donkere nacht. We moeten klaarstaan om te gaan leven in Gods licht.

Aantekening

Romeinen 13 : 11 – 12   >  In dit gedeelte (Romeinen 12:3 – 13:14) roepen de laatste verzen de christenen op om in actie te komen, omdat het niet lang meer zal duren voordat Christus terug komt. slaapis hier een metafoor voor een laks en onverschillig leven. De zaligheidwordt hier gezien als iets toekomstigs, dat elke dag dichterbij komt. de dag is nabijgekomen.Omdat het einde nabij is, worden christenen opgeroepen om de werken van de duisternis af te leggen en in het licht te leven.

Aantekeningen Studiebijbel in Perspectief

Romeinen 13 : 11  >  u uit de slaap: sommige handschriften hebben: ‘wij uit onze slaap’. Paulus gebruikt dit beeld, dat verbonden is met het beeld van nacht en dag en licht (v. 12), niet om kritiek uit te oefenen op de staat van het geestelijk leven van de Romeinen, maar om hen op te roepen tot waakzaamheid, zoals Jezus dat ook deed (Mat. 24:45; 25:13). de redding: dit is definitieve en totale redding die ons gebracht zal worden wanneer Christus terugkomt (zie Hebr. 1:14; 1 Petr. 1:5-9; Op. 7:10; 12:10).

Romeinen 13 : 12 > ons omgorden: Paulus gebruikt dikwijls het beeld van zich ontkleden en aankleden om aan te geven dat een mens zijn vroegere gewoonten moet afleggen en de gewoonten moet gaan aannemen die bij hem passen, nu hij in Jezus Christus een nieuw mens geworden is omdat God verklaard heeft dat de verhouding hersteld is tussen hem en ons (6:6, 11; zie Ef. 4:22-24; Kol. 3:9-10). Jezus zelf is de nieuwe mens, hij vertegenwoordigt ons voor God (v. 14).


[1]  Efeze 5:14; 1 Thessalonicenzen 5:6

[2]  1 Thessalonicenzen 5:5 

[3]  Kolossenzen 3:8

Dagelijks Woord

Dagelijks Woord

Zaterdag 29 december 2018 – Joël 2:28-29

(HSV) Joël 2 : 28 – 29  Daarna zal het geschieden dat Ik Mijn Geest zal uitstorten op alle vlees: uw zonen en uw dochters zullen profeteren, uw ouderen zullen dromen dromen, uw jongemannen zullen visioenen zien. Ja, zelfs op de dienaren en op de dienaressen zal Ik in die dagen Mijn Geest uitstorten.

(BGT) Joël 3 : 1 – 2   De Heer zegt: ‘Daarna zal ik aan alle mensen mijn geest geven. Aan mannen en vrouwen, aan oude en jonge mensen, en zelfs aan slaven en slavinnen. Aan alle mensen zal ik mijn geest geven. Dan zullen ze dromen krijgen en als profeten spreken.

Aantekening

Joël 2 : 28 – 29 of BGT Joël 3 : 1 – 2 >  Daarna verwijst naar de tijd na de belofte van vers 18-27 van Joël 2. Dit gaat over dezelfde tijd als in die dagen(vers 29 HSV of vers 2 BGT). Mijn Geest uitstorten. De overvloedige, leven brengende regen (Joël 2:23), die God over Zijn volk doet neer stromen, illustreert de manier waarop God Zijn Geest op Zijn volk wil uitstorten in de toekomst (vgl. Jesaja 32:15; 44:3; Ezechiël 39:29). alle vlees. Heel Gods volk zal de uitstorting van de Geest ervaren en vertrouwelijk met de Heere omgaan. Het teken van deze uitstorting zal zijn dat niet slechts enkelen, maar allen van Israël (uw zonen … dochters … ouderen … jongemannen) zullen profeteren en dromen dromenen visioenen zien. Al deze uitdrukkingen wijzen op profetische activiteiten, vooral op het ontvangen van God boodschap. 

Tekst vergelijkingen Jesaja 32 : 15Totdat over ons uitgegoten wordt de Geest uit de hoogte. Dan zal de woestijn tot een vruchtbaar veld worden en het vruchtbare veld zal als een woud beschouwd worden. 

(BGT) 15Maar zo zal het niet blijven. Want de Heer zal zijn geest aan de Israëlieten geven. Dan zal de woestijn weer een tuin vol bomen worden. 

Jesaja 44 : 3Want Ik zal water gieten op het dorstige en stromen op het droge. Ik zal Mijn Geest op uw nageslacht gieten en Mijn zegen op uw nakomelingen. 

(BGT) 3Want dit ga ik doen: ik zal weer rivieren laten stromen door het droge land. En zoals ik water geef aan het droge land, zo zal ik mijn geest geven aan je nakomelingen. Ik zal hun een gelukkig leven geven. 

Ezechiël 39 : 29Ik zal Mijn aangezicht niet meer voor hen verbergen, wanneer Ik Mijn Geest over het huis van Israël heb uitgestort, spreekt de Heere HEERE. 

(BGT) 29Ik zal mijn geest aan hen geven, en ik zal nooit meer bij hen weggaan. Dat heb ik, de Heer, besloten.’ 

Dagelijks Woord

Dagelijks Woord

Vrijdag 28 december 2018 – 1 Korinthe 6:19-20

Of weet u niet, [1]dat uw lichaam een tempel is van de Heilige Geest, Die in u is en Die u van God hebt ontvangen, en dat u niet van uzelf bent? [2]U bent immers duur gekocht. Verheerlijk daarom God in uw lichaam en in uw geest, die van God zijn.

(BGT) Jullie weten dat je lichaam heilig is. Want de heilige Geest is in jullie lichaam gekomen, toen God jullie die Geest gaf. Jullie zijn niet meer van jezelf. Jullie zijn nu van Christus. Want hij heeft jullie gekocht door voor jullie te sterven. Eer God dus ook met je lichaam!

Aantekening

1 Korinthe 6 : 19  >  een tempel is van de Heilige Geest, Die in u is.De Geest van de Heere woont in individuele christenen (1 Korinthe 6:17), zodat het lichaam van elke christen een tempel is. Op dezelfde manier is ook de gemeente, als lichaam, een tempel waarin Gods Geest woont (1 Korinthe 3:16). dat u niet van uzelf bent.Evenals met de andere gaven van God (1 Korinthe 4:2, 7) moeten christenen verantwoordelijke rentmeesters zijn over hun lichaam.

1 Korinthe 6 : 20  >  duur gekocht.Het beeld is ontleend aan de slavenmarkt ( 1 Korinthe 7:23; zie ook Romeinen 6:17-18), het bloed van Christus was de aankoopprijs (Efeze 1:7; zie ook 1 Petrus 1:19; Openbaring 5:9). 

Aantekeningen Studiebijbel in Perspectief

1 Korinthe 6 : 19  >  een tempel is van de heilige Geest: v. 17; zie 3:16-17, daar gebruikt Paulus dit beeld voor de gemeente. dat u niet van uzelf bent: door de gemeenschap met Christus (v. 17) te vergelijken met de seksuele gemeenschap (v. 16), herinnert Paulus zijn lezers eraan dat het lichaam van een gelovige van de Heer is, net zoals het lichaam van een man van zijn vrouw is (en omgekeerd; zie 7:4).

1 Korinthe 6 : 20  >   gekocht en betaald: de prijs was Christus’ dood (zie 7:23; Marc. 10:45; 1 Petr. 1:18-19).


[1]  1 Korinthe 3:16; Efeze 2:21; Hebreeën 3:6; 1 Petrus 2:5

[2]  1 Korinthe 7:23; Galaten 3:13; Hebreeën 9:12; 1 Petrus 1:18

Dagelijks woord

Dagelijks Woord

Donderdag 27 december 2018 – Mattheüs 11:28-30

Kom naar Mij toe, allen die vermoeid en belast bent, en Ik zal u rust geven. Neem Mijn juk op u, en leer van Mij dat Ik [1]zachtmoedig ben en nederig van hart; [2]en u zult rust vinden voor uw ziel; [3]want Mijn juk is zacht en Mijn last is licht.

(BGT)  Jezus zei tegen de mensen: ‘Vind je het moeilijk om te doen wat God wil? Is het een te zware eis voor je? Kom dan bij mij. Ik zal je rust geven. Doe wat ik je zeg, en leer van mij. Je moet vriendelijk zijn, net als ik, en jezelf niet het belangrijkste vinden. Dan zul je werkelijk rust vinden. Wat ik van je vraag, is eenvoudig. Wat ik van je eis, is niet zwaar.’

Aantekening

Mattheüs 11 : 28  >  Kom naar Mij toeis een uitnodiging om Jezus persoonlijk te vertrouwen, niet alleen wat er over Hem geschreven staat. allen die vermoeid en belast bentzijn hier degenen die door de last van het religieuze wetticisme van de schriftgeleerden en Farizeeën onderdrukt werden. Maar het is meer: Jezus geeft ‘rust … voor uw ziel’ (vers 29), d.w.z. eeuwige rust voor iedereen die vergeving van zijn zonden zoekt en bevrijding van de verstikkende wettische druk enhet schuld gevoel om door goede werken zijn behoud te verdienen.

Mattheüs 11 : 29  >  Een juk is een houten balk, die twee dieren (meestal ossen) bijeenhielden om samen zware lasten te trekken. Het was een beeld voor onderwerping, bij de Joden een gebruikelijke metafoor voor de wet. De uitleg van de wet door de Farizeeën was met hun lange lijsten met regels en voorschriften een verstikkende last geworden (vgl. Mattheüs 23:4), maar het volk dacht dat God het zo wilde. Maar het juk van Jezus’ discipelschap geeft rustdoor je eenvoudig aan Hem toe te vertrouwen (vgl. 1 Johannes 5:3). 


[1] Psalm 45:5

[2]  Jeremia 6:16

[3]  1 Johannes 5:3

Dagelijks Woord

Dagelijks Woord

Woensdag 26 december 2018 – Lukas 2:14

Eer zij aan God in de hoogste hemelen, [1]en vrede op aarde, in mensen een welbehagen.

(BGT) ‘Alle eer aan God in de hemel. En vrede op aarde voor de mensen van wie God houdt.’

Aantekening

Lukas 2 : 14  >  Eer zij aan God in de hoogste hemelen.De engelen verkondigen het grote nieuws: de eeuwige, almachtige Zoon van God is zojuist ‘door de gestalte van een slaaf aan te nemen aan de mensen gelijk geworden’ (Filippenzen 2:7). Want nu is ‘de volheid van de tijd’ gekomen: god heeft ‘Zijn Zoon uitgezonden, geboren uit een vrouw onder de wet, om hen die onder de wet waren, vrij te kopen’ (Galaten 4:4-5). De vredevan de zaligheid geeft God door Zijn Zoon.* Jezus is de door Jesaja voorzegde ‘Vredevorst’ (Jesaja 9:5). in de mensen een welbehagen.God geeft de genadegave van ‘vrede’ niet aan de hele mensheid, maar aan hen die het Hem behaagt tot Zich te roepen.


[1]  Jesaja 57:19; Efeze 2:17

Advent 24

Advent 2018                             door: Tjitte van der Horst

Dag 24(25.12.2018)

De geboorte van Jezus

Lukas 2 1En het geschiedde in die dagen dat er een gebod uitging van keizer Augustus dat heel de wereld ingeschreven moest worden.

2Deze eerste inschrijving vond plaats toen Cyrenius over Syrië stadhouder was.

3En ze gingen allen op weg om ingeschreven te worden, ieder naar zijn eigen stad.

4Ook Jozef ging op weg, van Galilea uit de stad Nazareth naar Judea, naar de stad van David, die Bethlehem heet, omdat hij uit het huis en het geslacht van David was,

5om ingeschreven te worden met Maria, zijn ondertrouwde vrouw, die zwanger was.

6En het geschiedde, toen zij daar waren, dat de dagen vervuld werden dat zij baren zou,

7en zij baarde haar eerstgeborenZoon, wikkelde Hem in doeken en legde Hem in de kribbe, omdat er voor hen geen plaats was in de herberg.

Vandaag lezen we hoe een Romeinse keizer door God wordt gebruikt. In Micha 5 werd al voorspeld dat de Messias geboren zou worden in Bethlehem. Ook Jozef en Maria moesten zich melden in de stad waar hun voorouders vandaan kwamen, en dat was dus Bethlehem. Het was niet een erg prettige onderneming, Maria was zwanger en dus viel de reis haar niet gemakkelijk. Toen ze in Bethlehem aankwamen bleken ze niet de enigen te zijn. Er was geen plaats voor hun, alle herbergen waren vol. Maar een van de herbergiers kreeg medelijden en richtte een plaats voor hen in, in de stal achter de herberg. Toen ze daar waren geschiede het dat de dagen vervuld werden dat zij baren zou. En daar in de stal baarde Maria haar eerste Kindje, en ze wikkelde Hem in doeken. Er was natuurlijk geen wieg, dus legden ze Hem in een kribbe (voerbak).

Omdat het Kindje van Maria de Zoon van God is, waar wij de afgelopen tijd naar hebben uitgezien. De Vader was ook blij met zijn Zoon en gaf aan de engelen opdracht om de geboorte bekend te maken, en dat deden ze op de bekende manier. Omdat het nacht was, kwam het licht dat ze uitstraalden heel goed tot hun recht. In het veld van Efratha waren herders die de wacht hielden bij de schapen. Zij schrokken wakker van het licht dat de engelen uitstraalden. Een van de engelen zij tegen hen ‘Wees niet bevreesd, want zie ik verkondig u grote blijdschap, die voor heel het volk wezen zal, namelijk dat heden voor u in de stad van David de Zaligmaker geboren is; Hij is Christus, de Heere. En jullie kunnen Hem vinden in doeken gewikkeld en liggend in de kribbe. De na deze egel aangekomen engelen loofden de Heere. Toen de engelen weer weg waren, zeiden de herders tegen elkaar laten wij nu naar Bethlehem gaan en dat Woord zien wat de Heere bekend heeft gemaakt. En toen zij Het Kindje gezien hadden maakten zij het overal bekend, hetgeen wat ze hadden gehoord over dit Kind.

De herders keerden later terug naar de kudde schapen, en loofden God om alles wat ze gehoord en gezien hadden. Wat was het mooi dat juist de herders bericht van de Vader uit de hemel kregen. Niet voorname priesters, nee de gewone mensen, waren de eersten die de boodschap kregen te horen.

Wat er later in de tempel nog gebeurde kunnen we verder lezen in Lukas 2.

Dit was het verhaal zoals ik het las, en ik mijn gedachten heb laten gaan tijden het lezen. Ik wens u allen een gezegend kerstfeest.         

Dagelijks Woord

Dagelijks Woord

Dinsdag 25 december 2018 – Johannes 1:14

[1]En het Woord is vlees geworden en heeft onder ons gewoond [2](en wij hebben Zijn heerlijkheid gezien, een heerlijkheid als van de Eniggeborene van de Vader), [3]vol van genade en waarheid.

(BGT)  Gods Zoon is een mens geworden. Hij heeft bij ons gewoond. In hem hebben wij Gods hemelse macht gezien. Hij is Gods enige Zoon, die bij de Vader vandaan gekomen is. In hem waren Gods liefde en trouw volledig aanwezig.

Aantekening

Johannes 1 : 14 >  En het Woordgeeft een vervolg aan de openingszin in vers 1. vlees gewordenwil niet zeggen dat het Woord is opgehouden God te zijn, maar dat het óók de menselijke natuur heeft aangenomen (vgl. Filippenzen 2:6-7). Dit is het meest wonderbaarlijke feit van de wereld geschiedenis: de eeuwige, alomtegenwoordige, oneindig heilige Zoon van God heeft de menselijke natuur aangenomen en onder de mensen geleefd als iemand Die in één Persoon tegelijk God en mens was. onder ons gewoond.Letterlijk ‘Zijn tent opgeslagen’ (Grieks skénoö), een zinspeling op Gods wonen onder de Israëlieten in de tabernakel (vgl. Exodus 25:8-9; 33:7). Tot dusver had God Zijn tegenwoordigheid aan Zijn volk geopenbaard in de tabernakel en de tempel. Nu gaat Hij onder Zijn volk verblijf houden in het vleesgeworden Woord, Jezus Christus (vgl. Johannes 1:17). Zo was de komst van Christus de vervulling van de oudtestamentische symboliek van Gods wonen bij de mensen in de tabernakel en tempel. Nadien zou Christus door de Heilige Geest de gemeente (1 Korinthe 3:16) en het lichaam van de christen (1 Korinthe 6:19) tot een tempel maken. De uitspraken over Gods heerlijkheidzien terug op oudtestamentische vermeldingen van de tegenwoordigheid van Gods heerlijkheid bij Godsverschijningen in de tabernakel of in de tempel (b.v. Ecodus 5:22). de Eniggeborene van de Vader.Jezus is de ‘Zoon van God’, niet in de zin dat Hij geschapen of geboren zou zijn (zie Johannes 1:3), maar als de Zoon Die in alle opzichten gelijk is aan Zijn Vader, in een Vader-Zoonverhouding met God de Vader. Het Griekse woord voor ‘Eniggeborene’ (monogenës) betekent ‘enig in zijn soort, uniek’. Met hetzelfde woord wordt ook Izak in Hebreeën 11:17 Abrahams ‘eniggeborene’ genoemd (in tegenstelling tot Ismaël; vgl. Genesis 22:2, 12, 16). Dus eigenlijk zou ‘ de Enige’ een betere vertaling zijn dan ‘de eniggeborene’. Over genade en waarheidzie Johannes 1:16-17.

Aantekeningen Studiebijbel in Perspectief

Johannes 1 : 14   Het Woord … geworden: lett. ‘het Woord is vlees geworden’. Johannes legt een sterke nadruk op de werkelijkheid van de menswording. Volgens sommigen verzet hij zich daarmee tegen degenen die de volledige mensheid van Christus ontkenden. Jezus blijft het Woord, en hij is ook volledig mens geweest. gewoond: lett. ‘heeft onder ons zijn tent opgeslagen’, of ‘zijn tabernakel’. Verwijzing naar de tabernakel, ‘de ontmoetingstent’ van God en zijn volk, die ‘gevuld werd door de majesteit van de HEER’ (Ex. 40:34-35). Door de aanwezigheid van de enige Zoon vers 18, in wie God verblijft (zie 2:19-21 waar Jezus zichzelf voorstelt als de nieuwe tempel), hebben de gelovigen nu toegang tot de grootheid van God. vol: het is niet met zekerheid te zeggen of het Griekse woord ‘vol’ bij ‘Woord’, bij ‘grootheid’, of bij ‘enige Zoon’ hoort: ‘wij hebben zijn grootheid gezien, vol van goedheid en waarheid’ of ‘de grootheid van de enige Zoon van de Vader, vol van goedheid en waarheid’. van goedheid en waarheid: vertaling van de Hebr. uitdrukking in het OT waarmee God zich aan Mozes openbaart tijdens de vernieuwing van het verbond in Ex. 34:6 en waar in het OT vaak naar wordt verwezen: ‘goedheid en trouw’ (het Hebr. emet kan trouw of waarheid betekenen). Zie 1:17.


[1]  Jesaja 7:14; Mattheüs 1:16; Lukas 1:31; 2:7 

[2]  Mattheüs 17:2; 2 Petrus 1:17

[3]  Kolossenzen 1:19; 2:9

Advent 23

Advent 2018                             door: Tjitte van der Horst

Dag 23(24.12.2018)

Na de verwondering, waar we gisteren over lazen, vandaag de vrees. Lukas 1 de verzen 65 en 66: En er kwam vrees over allen die rondom hen woonden, en in heel het bergland van Judea werd veel over al deze dingen gesproken. En allen die het hoorden, namen het ter harte en zeiden: Wat zal er toch van dit kind worden? En de hand van de Heere was met Hem.

Vrees valt op alle buren, de vrees viel ook op Zacharia toen hij de engel zag (vers 12). Deze kwam voort uit het beseffen dat God in hun midden was. De indruk van Gods aanwezigheid beperkte zich niet alleen tot de buren, maar allen die om hen heen woonden, ja zelfs het hele bergland van Judea was on de indruk van dit alles.

We lezen ook dat die het hoorden, het zich ter harte namen. En ze waren benieuwd wat er van dit kind ‘Johannes’ zou worden. De hand van de Heere was met hem, hebben we gelezen.

In vers 80 van Lukas 1, lezen we: Het kind groeide op en werd gesterkt in de Geest, en het verbleef in de woestijnen tot de dag van zijn verschijning aan Israël. Johannes heeft dus de tijd voordat hij Jezus ging aankondigen in de woestijnen door gebracht. Maar daar is hij gesterkt in de Geest. Hier lezen we dus dat de Heere hem klaar maakte voor zijn taak, hier op aarde. 

Wat wij de afgelopen dagen hebben gelezen gebeurde alle maal voor de geboorte van Jezus, we hebben stil gestaan bij de woorden uit Lukas 1. (Advent gedachten) Maar morgen gaan we over naar Lukas 2 en dat is een feest. Die gebeurtenis is voor ons van veel betekenis geworden. 

Dagelijks Woord

Dagelijks Woord

Maandag 24 december 2018 – Jesaja 9:1-2

Het [1]volk dat in duisternis wandelt, zal een groot licht zien. Zij die wonen in het land van de schaduw van de dood, over hen zal een licht schijnen. U hebt dit volk talrijk gemaakt; hebt U niet de blijdschap groot gemaakt? Zij zullen blij zijn voor Uw aangezicht, zoals men zich verblijdt bij de oogst, zoals men zich verheugt wanneer men de buit verdeelt.

(BGT) Het volk dat nu in het donker leeft,zal een stralend licht zien.Een helder licht zal schijnenin het land waar het nu nog donker is.Heer, door u is het volk weer groot.U geeft de mensen weer vreugde.Zo blij zijn de mensen ookals ze de oogst van het land hebben gehaald.Zo blij zijn de mensen ookals ze het bezit van de vijand hebben verdeeld.

Aantekening

Jesaja 9 : 1  >  Het volk dat in duisternis wandelt.Mensen die de oproep van Jesaja 2:5 hebben weerstaan (vgl. ook Jesaja 5:30; 8:22; Johannes 3:19-20). over hen zal een licht schijnen.Geen subjectieve hoop, maar onverwachte vreugde breekt door bij zondaars, door de genade van Christus (vgl. Jesaja 42:6; 49:6; Johannes 1:5; 2 Korinthe 4:6).

Jesaja 9 : 2  >  U hebt dit volk talrijk gemaakt.De getrouwen vormen niet langer een kleine rest (vgl. Jesaja 26:15; 49:20-21; 54:1-5; 66:7-14). oogst … buit.Vreugde door overvloedige oogst in vrede en door overwinning in oorlog, dus een volheid van vreugde (vgl. Jesaja 29:19; 35:10; 61:7).


[1]  Mattheüs 4:15, 16; Efeze 5:14