Maand: augustus 2020

Tekst van de dag      Heilig reukwerk

Lezen: Exodus 30 : 1 – 10  

Maandag 31 augustus 2020           Exodus 30 : 7 en 10

En Aäron moet daarop geurig reukwerk in rook laten opgaan. Elke morgen ^[1]als hij de lampen in orde gebracht heeft, moet hij het in rook laten opgaan. Ook als Aäron de lampen tegen het vallen van de avond zal aansteken, moet hij het in rook laten opgaan. Het moet een voortdurend reukwerk zijn voor het aangezicht van de HEERE, al uw generaties door. U mag daarop geen ander reukwerk in rook op laten gaan, geen brandoffer of graanoffer. En u mag daarop geen plengoffer uitgieten. Aäron moet dan eenmaal per jaar aan de hoorns van het altaar verzoening doen met een deel van het bloed van het zondoffer ter verzoening. Eenmaal per jaar moet hij aan de hoorns verzoening doen, al uw generaties door; het is allerheiligst voor de HEERE.

(BGT) Aäron moet op het altaar wierook branden, met een heerlijke geur. Dat moet hij elke ochtend doen, als hij de olielampen schoonmaakt. En ook in het begin van de avond, als hij de lampen aansteekt. Er moet elke dag wierook voor mij gebrand worden, ook door jullie nakomelingen. Er mag alleen speciale wierook gebrand worden. En er mag geen vlees, graan of wijn geofferd worden op dit altaar. Eén keer per jaar moet Aäron het altaar weer heilig maken. Dat moet hij doen als hij een offer brengt om de fouten van de Israëlieten goed te maken. Hij moet wat bloed van het offerdier aan de hoeken van het altaar smeren. Dat moet elk jaar opnieuw gedaan worden, ook in de toekomst. Dit altaar is heel heilig, het is van mij.’

Aantekening

Exodus 30 : 6 – 8  >  Het reukofferaltaar moet in het heilige komen te staan vóór het voorhangsel, dat voor de ark van de getuigenis hangt (Exodus 30:6) . Aäron moet hierop reukwerk branden als een offer aan de Heere elke morgen en tegen het vallen van de avond, wanneer hij ook met zijn zonen de lampen in orde moet brengen (Exodus 30:7-8; zie Exodus 27:21).

Exodus 30 : 1 – 10  >  Het reukofferaltaar. Het  altaar voor het reukwerk is van dezelfde bouw als het brandofferaltaar (Exodus 27:1-8), maar kleiner en overtrokken met zuiver goud (Exodus 30:3); het is dan ook het derde voorwerp in het heilige.

Een geurig gebed          Exodus 30 : 7 – 10                (Uit de Vrouwen Bijbel)Wat springt in het oog bij de beschrijving van het reukoffer? Het tijdstip: elke morgen en elke avond. Wat geeft de Heere duidelijk aan hoe Hij geëerd wil worden! In Psalm 141 vraagt David of zijn gebed mag zijn als dat reukoffer. Wat een prachtige gedachte. Je gebeden dagelijks God aanbieden als een offer, een geschenk uit dankbaarheid. In het verlangen dat Hij ervan z

---

^[1]  1 Samuel 3:3

Tekst van de dag      Als je gelooft, kun je bergen verzetten

Lezen: Mattheüs17 : 14 – 23  

Zondag 30 augustus 2020              Mattheüs 17 : 20

Jezus zei tegen hen: Vanwege uw ongeloof, ^[1]want voorwaar, Ik zeg u: Als u een geloof had als een mosterdzaad, u zou tegen deze berg zeggen: Verplaats u van hier naar daar! En hij zou gaan, en niets zou voor u onmogelijk zijn.

(BGT) Jezus antwoordde: ‘Dat komt doordat jullie geloof te klein is. Luister goed naar mijn woorden: Zelfs als je geloof maar zo klein is als een mosterdzaadje, is alles mogelijk. Als je dan tegen een berg zegt: ‘Ga eens opzij,’ dan gaat die berg opzij.’

Aantekening

Mattheüs 17 : 20  >  ongeloof. Natuurlijk zijn de discipelen niet ongelovig, maar hun geloof was niet werkzaam. Geloof kan sterk of zwak zijn (vgl. Mattheüs 6:30; 8:26; 14:31; 16:8; Romeinen 14:1). Het verplaatsen van een berg is een bekende beeldspraak in de Joodse literatuur voor het doen van iets watonmogelijk schijnt (vgl. Jesaja 40:4; 49:11; 54:10; Mattheüs 21:21-22).

Klein is groot               Mattheüs 17 : 20          (Uit de Vrouwen Bijbel)

Jezus is er niet zozeer op uit het ongeloof te veroordelen. Hij wil vooral laten zien wat de kracht van het geloof is. Zelfs een klein geloof heeft grote kracht. Als we ons zwak voelen. Is het goed om te kijken of we op eigen kracht vertrouwen of op Gods kracht. Overigens zijn gebed en vasten geen voorwaarden, maar tekenen van de verbondenheid met en afhankelijkheid van God.

---

^[1]  Mattheüs 21:21; Lukas 17:6

Tekst van de dag      zwijgtekst

Lezen: Mattheüs 17 : 9 – 13  

Zaterdag 29 augustus 2020            Mattheüs 17 : 9

^[1]En toen zij van de berg afdaalden, gebood Jezus hun: Vertel niemand van wat u gezien hebt, totdat de Zoon des mensen opgestaan is uit de doden.

(BGT) Jezus en de drie leerlingen gingen weer van de berg af. Jezus zei: ‘Jullie mogen nu nog niet vertellen wat je gezien hebt, aan niemand. Want eerst moet de Mensenzoon opstaan uit de dood.’

Aantekening

Mattheüs 17 : 9  >  Vertel niemand. Zie aantekening bij Mattheüs 8:4; vgl. Mattheüs 9:30; 12:16; 16:20.

Aantekening bij Mattheüs 8 : 4  >  laat uzelf aan de priester zien. Jezus wil beslist voorkomen dat er misverstanden over Zijn Messiaanse identiteit ontstaan. Hoewel wonderen kracht bijzetten aan Zijn boodschap van het komende Koninkrijk, wil Hij niet dat de mensen alleen maar voor de wonderen komen. Voor andere teksten over wat sommigen het ‘Messiaans geheimenis’ noemen zie Mattheüs 9:30; 12:16; 16:20; 17:9.

---

^[1]  Markus 9:9; Lukas 9:36

Tekst van de dag      Top-ervaring

Lezen: Mattheüs 17 : 1 – 8  

Vrijdag 28 augustus 2020              Mattheüs 17 : 5

Terwijl hij nog sprak, zie, een lichtende wolk overschaduwde hen; en zie, een stem uit de wolk zei: ^[1]Dit is Mijn geliefde Zoon, in Wie Ik Mijn welbehagen heb; ^[2]luister naar Hem!

(BGT) Terwijl Petrus dat zei, kwam er een stralend lichte wolk boven hen. En uit die wolk klonk Gods stem, die zei: ‘Hij alleen is mijn Zoon. Mijn liefde voor hem is groot. Luister naar hem!’

Aantekening

Mattheüs 17 : 5  >  lichtende wolk. De wolk van Gods nabijheid en heerlijkheid verscheen meerdere keren in het Oude Testament (bv. Exodus 13:21-22; 34:5-7; 1 Koningen 8:10-13). stem. De openlijke bekrachtiging van God de Vader, dat Jezus Zijn geliefde Zoon is, herinnert aan Zijn doop (Mattheüs 3:17). Jezus is de vleesgeworden Zoon van God en meer dan Mozes en Elia. Als de discipelen Zijn Messiaanse opdracht begrijpen moeten ze naar Hem ‘luisteren’.  

---

^[1]  Jesaja 42:1; Mattheüs 3:17; Markus 1:11; 9:7; Lukas 3:22; 9:35; Kolossenzen 1:13; 2 Petrus 1:17

^[2]  Deuteronomium 18:19; Handelingen 3:22

Tekst van de dag      Rotsvast geloof

Lezen: Mattheüs 16 : 13 – 28  

Donderdag 27 augustus 2020        Mattheüs 16 : 16

^[1]Simon Petrus antwoordde en zei: U bent de Christus, de Zoon van de levende God.

(BGT) Simon Petrus antwoordde: ‘U bent de messias, de Zoon van de levende God.’

Aantekening

Mattheüs 16 : 16  >  Simon Petrus antwoordde en zei. Petrus treedt weer op als woordvoerder van de twaalf (vgl. Mattheüs 15:15). Christus betekent ‘Messias’ of ‘Gezalfde’. Zoon van de levende God.Jezus is de Zoon van de God Die leeft, anders dan de heidense goden van Caesarea Filippi (zie aantekening bij Mattheüs 16:13). Hij is Gods eniggeboren Zoon (vgl. Mattheüs 1:21-23; 2:15; 3:17; 4:4, 5; 7:21; 8:29; 10:32-33; 11:25-27; 12:50; 15:13; 18:35; 20:23; 24:36; 25:34; 26:39, 42, 53; 28:19), de vervulling van de belofte in het Oude Testament over de Goddelijke Zoon, de gezalfde Koning (2 Samuel 7:14; Psalm 2:7).

Aantekening bij Mattheüs 16:13  >  Caesarea Filippi lag 40 km ten noorden van de zee van Galilea en was eerst een centrum van verering van (1) Baäl, toen van (2) de Griekse god Pan, en daarna van (3) Caesar. Nu was het een belangrijke Grieks-Romeinse stad met een hoofdzakelijk Syrische en Griekse bevolking. Filippus de viervorst (een van de vier zonen van Herodes de Grote) had toen juist de naam Paneas veranderd in Caesarea Filippi, ter ere van zichzelf en Augustus Caesar. Opgravingen hebben munten aan het licht gebracht die bij de tempelbouw ter ere van Augustus geslagen werden, en een aan Pan gewijde grot met schrijnen en gewijde nissen die nu nog te zien zijn. Over de benaming Zoon des mensen, zie aantekening bij Mattheüs 8:20.

Aantekening bij Mattheüs 8:20  >  Jezus noemt Zichzelf graag de Zoon des Mensen en gaf daarmee de feitelijke betekenis van Zijn identiteit en opdracht aan: (1) de ootmoedige Knecht, Die kwam om zondaars te vergeven (vgl. Mattheüs 9:6); (2) de lijdende Knecht, Die door Zijn verzoenende dood en opstanding Zijn volk verlost (Mattheüs 16:13, 27-28) en (3) de verheerlijkte Koning en Rechter, Die terug zal komen om Gods Koninkrijk op aarde te stichten (Mattheüs 25:31; 26:61). niets waarop Hij het hoofd kan neerleggen. Christenen krijgen dezelfde behandeling als Jezus en kunnen dan ook geen geriefelijk, comfortabel leven verwachten (Johannes 15:18; vgl. Johannes 16:33).

---

^[1]  Johannes 6:69

Tekst van de dag      Raak niet onder invloed

Lezen: Mattheüs 16 : 1 – 12  

Woensdag 26 augustus 2020          Mattheüs 16 : 12

Toen begrepen zij dat Hij niet gezegd had dat zij op hun hoede moesten zijn voor het zuurdeeg van het brood, maar voor het onderricht van de Farizeeën en de Sadduceeën.

(BGT) Toen begrepen de leerlingen het. Dat gevaarlijke voedsel was geen eten. Maar het waren de gevaarlijke ideeën van de farizeeën en de sadduceeën.

AantekeningMattheüs 16 : 6 – 12     >  Anders dan in Mattheüs 13:33 is het zuurdeeg hier negatief bedoeld om duidelijk te maken hoe het kwaad van het verderf binnen kan dringen en het goede kan verwoesten. Vgl. Mattheüs 12:8, 15:20. geen broden meegenomen. De discipelen zijn zo druk met hun dagelijkse behoeften dat hun de figuurlijke betekenis van het zuurdeeg, bedoeld als geestelijke les, ontgaat. Nadat Jezus hen vermaand heeft, begrepen zij he

Tekst van de dag      Hondenbrood en wonderbrood

Lezen: Mattheüs 15 : 21 – 39  

Dinsdag 25 augustus 2020         Mattheüs 15 : 27 en 36

[27] Zij zei: Ja, Heere, maar de hondjes eten ook van de kruimels die er vallen van de tafel van hun bezitter.

(BGT) [27] De vrouw zei: ‘Inderdaad, Heer. Maar er vallen ook stukjes brood onder de tafel. En dat mogen de honden opeten.’

[36] En Hij nam de zeven broden en de vissen, en nadat Hij gedankt had, brak Hij ze en gaf ze aan Zijn discipelen; en de discipelen gaven ze aan de menigte.

(BGT) [36] Hij nam het brood en de vis, en dankte God voor het voedsel. Daarna brak hij het brood en de vis in stukken. Hij gaf het aan de leerlingen, en zij gaven het aan de mensen.

Aantekening

Mattheüs 15 : 27  >  De vrouw dringt bij Jezus aan door Hem erop te wijzen dat de zegen van Abraham zich uitstrekt tot de heidenen (vgl. Genesis 12:3); zij wist dit dus.

Mattheüs 15 : 35 – 38  >  Voor gelijksoortige situatie, zie aantekening bij Mattheüs 14:15-21. Een grote menigte (vers 14) was Jezus gevolgd naar een plaats de eenzaam was, maar had aan het eind van de dag niets te eten. Deze situatie herinnert aan Israëls zwerftocht door de woestijn na de uittocht en aan hoe God Zijn volk zegende met manna. Waarschijnlijk is het aantal van twaalf manden bewust vermeld als beeld van Israëls twaalf stammen, maar ook Gods rijke zegen. zij aten allen en werden verzadigd kan men ook zien als een voorafschaduwing van het feestmaal in het Koninkrijk aan het eind der tijden (vgl. Mattheüs 8:11). broden … vissen. Brood en gedroogde of gezouten vis zijn als basis voedsel ideaal voor een korte reis naar de heuvels. Het brood was een koek genoeg voor een lunch van één persoon. opkeek naar de hemel. De gewoonlijke houding voor een gebed (vgl. Johannes 17:1). Jezus zegende dit zo wonderlijk door de Vader verschafte voedsel: een teken voor iedereen die op de Vader vertrouwt voor zijn dagelijkse noden (zie Mattheüs 6:11). vijfduizend mannen, de vrouwen en de kinderen niet meegeteld. Totaal waren er misschien meer dan 10.000. Jezus lenigt de noden van Zijn volk. Hij is de nieuwe en betere Mozes.

Gelovige moeder             Mattheüs 15 : 22 – 28          (Uit de Vrouwen Bijbel)

Jezus geneest veel mensen, we lezen niet altijd de details. Des te opvallender is deze uitgebreide beschrijving. In vergelijking met mannen hadden vrouwen in de Joodse gemeenschap geen volwaardige plek. Zeker niet deze vrouw, van heidense afkomst nota bene. Dat weet ze zelf ook. Maar hoe groot blijkt haar geloof! Jezus prijst haar, geneest haar dochter. Dit bemoedigt mij: ook ik mag met zorgen, om mezelf of om anderen, naar Jezus gaan.

Deel uit                        Mattheüs 15 : 36          (Uit de Vrouwen Bijbel)

Als je naar jezelf kijkt, vraag je je misschien weleens af wat je in het Koninkrijk van God kunt betekenen. Kijk dan eens hier, zomaar een paar broden en vissen. Maar onder dankzegging is er genoeg voor iedereen. Dank God voor je gaven, tijd of geld. En stel ze ter beschikking aan Hem. In Zijn handen komen ze ter beschikking aan Hem. In Zijn handen komen se tot hun recht. Hij kan ze gebruiken en vergroten.

Tekst van de dag      Recht uit het hart

Lezen: Psalm 138  

Maandag 24 augustus 2020           Psalm 138 : 1

Ik zal U loven met heel mijn hart, in de tegenwoordigheid van de goden zal ik voor U psalmen zingen.

(BGT) Ik dank u, Heer, met heel mijn hart. Ik wil voor u zingen, en alle goden moeten het horen.

Aantekening

Psalm 138 : 1  >  jn de tegenwoordigheid van de goden. Dit zouden engelen kunnen zijn, zoals de ^[1]LXX het opvatte (zie Psalm 8:6). Anderen veronderstellen dat het hier om menselijke heersers gaat (zie aantekening bij Psalm 82:1), terwijl weer anderen denken dat dit valse godheden zijn. Aangezien het hier gaat om de eredienst in de tempel (Psalm 138:2). Is de eerste mogelijkheid het waarschijnlijkst (vgl. 1 Korinthe 11:10).

Verschil in lofprijzing            Psalm 138 : 1 – 8          (Uit de Vrouwen Bijbel)

Op veel manieren kun je God eren. David eert God door het zingen van Psalmen, hij buigt zich voor Hem neer en hij eindigt met een gebed. In de Bijbel is er diversiteit in de manieren om God te aanbidden. David wil het zo doen dat anderen erin meegaan, zelfs wereldwijd (vers 4-5). Moeten we het eens met elkaar hebben over dit hoge ideaal van David?

---

^[1]  LXX = De Septuagint of Septuaginta, vaak afgekort tot LXX, het getal 70 in Romeinse cijfers, is de vertaling in het Koinè of Oudgrieks van de Tenach of Hebreeuwse Bijbel, die tussen circa 250 en 50 v.Chr. werd gemaakt.

Tekst van de dag      Gezonde Lucht

Lezen: Exodus 29 : 38 – 46  

Zondag 23 augustus 2020              Exodus 29 : 42

Het moet een voortdurend brandoffer zijn, al uw generaties door, bij de ingang van de tent van ontmoeting, voor het aangezicht van de HEERE. Daar zal Ik u ontmoeten om daar met u te spreken.

(BGT) Die offers moeten jullie mij elke dag brengen bij de ingang van de tent. Daar zal ik jullie ontmoeten, en daar zal ik met jou spreken, Mozes.

Aantekening

Exodus 29 : 38 – 46  >  Offers en geloften in de tabernakel. Dit gedeelte geeft instructies om in de morgen en tegen het vallen van de avond een brandoffer te bereiden. Dit wordt een dagelijks terugkerende dienst van de priesters (Exodus 29:38-42^a). In verband met dit voortdurende brandoffer verklaart de Heere dat Hij hier Zijn volk zal ontmoeten. In hun midden zal wonen en hen heiligen (Exodus 29:42^b-46). Zijn wijze van uitdrukken Ik zal … Ik zal … doet denken aan Zijn spreken tegen Mozes na diens eerste gang naar de farao (zie Exodus 5:24-6:8).

Verwijzing bij vers 42 die te vinden is in het Nieuwe Testament

Hebreeën 10 : [10] Op grond van die wil zijn wij geheiligd door het offer van het lichaam van Jezus Christus, eens en voor altijd gebracht.

     [11] En iedere priester stond wel dagelijks te dienen en bracht vaak dezelfde slachtoffers, die de zonden toch nooit zouden kunnen wegnemen,

     [12] maar deze Priester is, nadat Hij één slachtoffer voor de zonden geofferd had, tot in eeuwigheid gezeten aan de rechterhand van God.

     [13] Verder wacht Hij op het tijdstip dat Zijn vijanden tot een voetbank voor Zijn voeten gemaakt worden.

     [14] Want met één offer heeft Hij hen die geheiligd worden, tot in eeuwigheid volmaakt.

Belofte van de Heere             Exodus 29 : 42 – 46              (Uit de Vrouwen Bijbel)

‘Ik zal komen.’ ‘Ik zal u ontmoeten.’ ‘Ik zal met u spreken.’ ‘Zij zullen door Mijn heerlijkheid geheiligd worden.’ ‘Ik zal hun tot een God zijn.’ ‘Zij zullen weten dat Ik de Heere, hun God, ben.’ Geweldig rijke en betrouwbare beloften! Daarvoor verdient Hij onze dank. Dat ook wij Hem erkennen als onze God en dat Hij het Middelpunt van ons leven zal zijn.

Tekst van de dag      Verzoening is niet goedkoop

Lezen: Exodus 29 : 31 – 37  

Zaterdag 22 augustus 2020            Exodus 29 : 35 – 37

U moet dan met Aäron en zijn zonen precies zo doen overeenkomstig alles wat Ik u geboden heb; zeven dagen lang moet de wijding duren. U moet ook elke dag een jonge stier als zondoffer ter verzoening bereiden en het altaar van zonde reinigen door er verzoening voor te doen; u moet het dan zalven om het te heiligen. Zeven dagen lang moet u verzoening doen voor het altaar en het heiligen; dan zal dat altaar allerheiligst zijn. Ieder die het altaar aanraakt, zal heilig zijn.

(BGT) Mozes, je moet precies doen wat ik gezegd heb. Zo moet je Aäron en zijn zonen als priester aanstellen. Alles bij elkaar moet het zeven dagen duren. Elke dag moet je een stier offeren om de fouten van Aäron en zijn zonen goed te maken. Dan moet je wat bloed aan de hoeken van het altaar smeren en olie over het altaar gieten. Zo wordt het altaar heilig. Zeven dagen lang moet je dat doen. Daarna is het altaar heel heilig. Iedereen die het altaar aanraakt, wordt zelf ook heilig.

Aantekening

Exodus 29 : 35 – 37  >  De heiligingsceremonie duurt zeven dagen (zie Leviticus 8:33-36).

Leviticus 8 : [33] Ook mogen jullie zeven dagen lang niet van de ingang van de tent van ontmoeting weggaan, tot de dag dat de dagen van jullie wijdingsoffer voorbij zijn, want zeven dagen zal jullie wijding duren.

[34] Zoals men op deze dag gedaan heeft, zo heeft de HEERE geboden te doen om verzoening voor jullie te bewerken.

[35] Jullie moeten dan bij de ingang van de tent van ontmoeting blijven, dag en nacht, zeven dagen lang. Jullie moeten de voorschriften van de HEERE in acht nemen, opdat jullie niet sterven, want zo is het mij geboden.

[36] Aäron en zijn zonen deden al de dingen die de HEERE door de dienst van Mozes geboden had.